24
november
2009
|
01:00
Europe/Amsterdam

Van nostalgische vrachtwagens tot moderne Actros voor Formule 1 en DTM: 75 jaar racetransporters voor Mercedes-Benz “Silberpfeile”

De beroemde “Silberpfeile”, de raceauto’s van Mercedes-Benz, vieren dit jaar hun 75-jarig jubileum. In 1934 behaalden de auto’s met vermaarde rijders als Rudolf Caracciola en Manfred von Brauchitsch de eerste successen op circuits over de hele wereld. Maar net als de huidigde raceauto’s kwamen de “Silberpfeile” van toen ook niet op eigen kracht over de weg naar de circuits. De hoogwaardige raceauto’s, of het nu om Formule 1-bolides of toerwagens gaat, vergen een perfecte infrastructuur. Zonder racetransporters zijn er geen races en geen overwinningen. Sommige racetransporters van het merk met de ster zijn zelfs bijna net zo spectaculair als de raceauto’s die ze vervoeren. Volgend jaar rijden de racetransporters in de Formule 1 net zoals vroeger weer voor het fabrieksteam met de ster, voor Mercedes Grand Prix.

Comfortabele rijderslounge in de transporters van 2009

Voorin de oplegger bevindt zich achter een glazen wand een heel eigen wereld. Dit is de plaats waar coureurs zich kunnen ontspannen. In speciale opbergvakken is plaats voor de helm, de raceschoenen staan eronder en de overall hangt ertussen. Op een comfortbele ronde bank is het goed toeven, de koelkast is gevuld met drankjes op de juiste temperatuur. Moderne racetransporters zijn niet alleen vervoermiddel, maar dienen ook als lounge. Zo luxe was het voor de coureurs van eerdere generaties niet – ze zouden zich in de racetransporters anno 2009 op een andere planeet wanen.

Imposant geluid uit 18 cilinders

Het orkest telt slechts drie leden, maar het geluid is imposant. De drie vrachtauto’s zijn samen goed voor 18 cilinders. Op de voorgrond de lichte klank van een drielitermotor uit de beroemde Mercedes-Benz 300 SL sportwagen uit 1955. Daarachter het roffelen van een viercilinder benzinemotor uit de dertiger jaren en tenslote het krachtige geluid van de indrukwekkende V8-turbodiesel uit de zware Mercedes-Benz Actros van 2009. Het sonore basgeluid is geen wonder, tenslotte bedraagt de cilinderinhoud van niet minder dan 15,9 liter. Alledrie de auto’s hebben één ding gemeen: het zijn racetransporters voor de “Silberpfeile” van Mercedes-Benz.

Deze familiereünie van drie generaties laat zin dat de jongeren de ouderen boven het hoofd groeien. De actuele Actros is met oplegger 16,5 meter lang en vier meter hoog. Voor deze transportreus lijken zijn voorgangers bijna klein.

Bijvoorbeeld de Mercedes-Benz Lo 2750 uit de dertiger jaren, met zijn gebogen spatborden, een hoekige cabine en de glanzend verchroomde grille met de ster erop. De type-aanduiding verwijst naar het laadvermogen dat destijds 2,75 ton bedroeg. Vandaag de dag zou men de Lo 2750 vanwege het toegestane totaalgewicht als 6,5-tonner aanduiden.

De derde auto moet het zonder officiële type-aanduiding doen. Hij heeft ook geen naam nodig, want hij is bekend als “het blauwe wonder”. Waarom de beroemde racetransporter uit het jaar 1955 zo heet, wordt met één blik op de vlakke carrosserie met de ver naar voren geplaatste cabine duidelijk: het gaat hier om een sportwagen, verkleed als racetransporter.

“Het blauwe wonder”: spectaculaire transporter uit 1955

Op verzoek van sportdirecteur Alfred Neubauer had de prototype-afdeling van Mercedes-Benz de snelle racetransporter destijds voor bijzonder spoedeisende opdrachten ontworpen. De enige voorwaarden waren dat de auto snel moest zijn en een raceauto moest kunnen vervoeren. Dat leidde tot een unieke auto, die ook vandaag de dag nog indrukwekkend is. Als platform diende een verlengd buizenchassis van de Mercedes-Benz 300 S. De krachtige motor, destijds al met directe benzine-inspuiting, kwam uit de 300 SL, terwijl portieren, spatborden en een deel van de uitrusting uit de Mercedes-Benz 180 werden gehaald.

De aanblik van de racetransporter met zijn kostbare lading op de snelwegen moet indrukwekkend geweest zijn: 6,75 meter lang, twee meter breed, met een bijzondere vorm en voor die tijd ongehoord snel. Nadat Mercedes-Benz in 1955 was gestopt met de racerij deed de auto eerst dienst als showmobiel in de Verenigde Staten en werd daarna tien jaar lang in de testafdeling gebruikt. Rudolf Uhlenhaut, in de “actieve” tijd van de racetransporter zelf werkzaam in de sportafdeling en later lid van de raad van bestuur, gaf in 1967 opdracht tot sloop van de unieke auto.

Tientallen jaren later liet Mercedes-Benz de spectaculaire transporter aan de hand van oude foto’s weer opbouwen. Daarmee herleven de tijden van legendarische coureurs als Juan Manuel Fangio, Stirling Moss, Karl Kling en Hans Herrmann, van de Mercedes-Benz W196 Grand-Prix-auto en de 300 SLR sportwagen, die door de racetransporter werden vervoerd. Winnende auto’s: Mercedes-Benz won in 1955 het wereldkampioenschap Formule 1, het wereldkampioenschap sportwagens voor merken en het Europees toerwagenkampioenschap.

1934: racetransporter voor het vervoer van de nieuwe “Silberpfeile”

In 1934, het geboortejaar van de “Silberpfeile”, koos Mercedes-Benz al voor vrachtauto’s om de wedstrijdauto’s te transporteren. “Mercedes-Benz Rennabteilung” staat er met grote witte letters op de houten zijwand van de Lo 2750. De brochure van destijds belooft “een rijke uitrusting”. In de praktijk worden daarmee “een snelheidsmeter met kilometerteller, een oliepeilmeter en schakelaars voor de verlichting en de richtingaanwijzer” bedoeld. Comfort zoals vandaag de dag bood de Lo 2750 niet. Maar ook de racetransporters van dit type vervoerden winnende auto’s: de nieuwe “Silberpfeil” W 25 met compressormotor wint in juni 1934 het Internationale Eifelrennen op de Nürburgring – het begin van een zegetocht die tot en met 1939 zal duren.

Het afgebeelde model is gebaseerd op een vrachtwagen uit 1936. In een intensief restauratieproces werd de vroegere sproeiwagen van de stadsreiniging in München aan de hand van historische documentatie omgebouwd tot racetransporter. Nu blinkt de ster op de grille trots in het zonlicht, alsof de auto er bij de historische overwinningen van Caracciola, von Brauchitsch, Hermann Lang en Luigi Fagioli inderdaad zelf bij was.

Actuele Actros als racetransporter voor Formule 1 en DTM

Ook de actuele Mercedes-Benz Actros-racetransporters vervoeren winnende auto’s. In de Formule 1 transporteren ze bijvoorbeeld de auto van Lewis Hamilton, die met Vodafone McLaren-Mercedes in 2008 wereldkampioen werd en op pas 24-jarige leeftijd met elf overwinningen tot de succesvolste rijders in de Formule 1 behoort. Komend seizoen zullen de Actrossen voor het nieuwe fabrieksteam Mercedes-Benz Grand Prix dienst doen. Ook de AMG-Mercedes C-Klasses van de coureurs in het DTM-toerwagenkampioenschap, zoals Paul Di Resta, Ralf Schumacher, Bruno Spengler en Gary Paffett, worden met racetransporters op Actros-basis naar de circuits in heel Europa vervoerd.

Via vijf treden klimt de bestuurder in de ruime Megaspace-cabine. Hoog boven het verkeer zit hij in zijn eigen wereld. Met tal van meters en schakelaars is het dashboard indrukwekkend. De Actros rolt stil en comfortabel, een enorm verschil met zijn voorgangers. Voor de bestuurder zijn er een koelkast, airconditioning en een standkachel, een comfortabel bed met een puntelastische lattenbodem voor slaapcomfort als thuis, een scheerspiegel en een handdoekhouder.

Veiligheidssystemen van vandaag waren vroeger science-fiction

De Actros is bovendien uitermate veilig, net zoals de huidige raceauto’s. Naast de riante standaard veiligheidsvoorzieningen van de normale Actros zijn de Mercedes-Benz-racetransporters ook nog eens uitgerust met een stabiliteitscontrole, een kantelbeveiliging, een spoorassistent en een afstandsregeling met de wereldwijd unieke Active Brake Assist. Deze remassistent neemt, wanneer er een kop-staartbotsing dreigt, automatisch maatregelen voor een noodstop. Geen enkele actuele raceauto beschikt over zo’n voorziening. Vanuit het perspectief van 1934 of 1955 bezien zijn de elektronische hulpsystemen trouwens helemaal science-fiction: aan wat vandaag de dag heel normaal is, werd toen niet eens gedacht.

Bovenin de oplegger van de Actros is plaats voor twee raceauto’s achter elkaar. Ze worden via een hydraulische laadklep erin- en eruitgeschoven. Onderin is plaats voor gereedschapskasten, die er voor het werk in de pits op de circuits in rolcontainers kunnen worden uitgerold. De zijwanden zijn ook neerklapbaar, materiaal kan worden opgeborgen in speciale vakken die van buitenaf toegankelijk zijn. Ook de racetransporters anno 2009 zijn een wonder om te zien – alleen de kleur blauw is verdwenen.